overloopspelletjes
Soort activiteit + naam van de activiteit
- Overloopspel kleuren+ bewegingsactiviteit
Duur
15 minuten
Terrein/ locatie /plaats
- Buiten of grote ruimte binnen
Aantal deelnemers
- Heel de klas
Aantal spelleiders/begeleiders
- 2 begeleiders
Ontwikkelingsdomein dat hier gestimuleerd wordt. Wees voldoende gedetailleerd!
- fysieke ontwikkeling -> grove motoriek= ze gaan moeten overlopen van de ene kant naar de andere kant en de tikker gaat achter hun moeten lopen
- cognitieve ontwikkeling -> denk ontwikkeling = ze moeten nadenken over welke kleuren ze aan hebben en de tikker moet kijken naar de kleding van de kindjes
Materiaal + verantwoordelijke
- Kaartjes van kleur -> ga ik zelf maken
de kleuren:
- rood
- oranje
- geel
- groen
- blauw
- paars
- roos
- bruin
- zwart
- wit
Spelregels
- De kindjes mogen nog niet vertrekken tot de tikker een kleur getoond heeft
- Als je getikt bent moet je mee helpen tikken met de tikker
- Als iedereen getikt is gaan we een nieuwe tikker kiezen
Schets inrichting speldomein
- er staat iemand in het midden
- de andere klasgenoten staan achter een lijn
- als de tikker een kleur naar bovenhaalt moet degene met dat kleur in zijn kleren zo rap mogelijk weg te lopen naar de overkant.
Uitleg van de activiteit (inleiding – midden – slot)
1. Inleiding
- De begeleider maakt thuis kaartjes van verschillende kleuren
- Plastificeer de kaartjes
- Bouw een terrein af van waar ze mogen lopen en waar niet
2. Midden
- Ik overloop alle kleuren met de kindjes
- ik leg het spel uit
- er staat 1 tikker in het midden
- als de tikker een kleur toont gaan de kindjes van de ene naar de andere kant lopen
- als de kleur in hun kleren zit mag de tikker hun tikken
- als je getikt bent moet je mee andere tikken
- als iedereen getikt is gaan we een nieuwe tikker kiezen
3. slot
- we ruimen alles samen op
- we gaan met alle kindjes terug naar binnen
- we evalueren samen de activiteit
- we spelen terug verder met de kindjes binnen
Taakverdeling
Wat moet op voorhand klaargezet worden?
- Ik ga zelf kaartjes maken zodat het duidelijk is welk kleur ze naar toe moeten kijken
Wie doet wat tijdens de activiteit?
- Ik ga de tikker helpen voor het kleur
Wie voert de nazorg uit?
- De 2 begeleiders gaan samen met alle kindjes alles opruimen